Bijna hersteld van mijn relatie met een narcist
Ik weet niet meer precies wanneer ik het gevoel kreeg dat er iets niet klopte. Zo’n onderbuikgevoel dat ik niet kon duiden.
Er waren genoeg kleine zaken die ik wat vreemd vond en ik merkte dat ik bij deze man wel heel erg veel moeite moest doen om ‘bij mezelf’ te blijven. Dat ik veel meer dan anders aan mijn eigen wensen moest vasthouden. Dat overleggen, onderhandelen en compromissen sluiten een uitputtingsslag werden.
Toen ik hem voorhield dat ik vond dat hij me probeerde te manipuleren, lachte hij alleen maar: ‘Tuurlijk, zo hoort dat, ik wil graag mijn zin hebben. Dat wil toch iedereen.’
“Heel langzaam raakte ik mezelf kwijt
en gaf hem daarmee alle munitie nog meer gaten in mijn ziel te schieten.”
Ik heb de alarmbellen genegeerd. Ik, sterke, belezen, bereisde en onafhankelijke vrouw die steeds vaker aan zichzelf begon te twijfelen. Ik ben over grenzen gegaan die ik mezelf ooit gesteld had ‘tot hier en niet verder’. In plaats dat de grensoverschrijdingen me een blikveldverruiming opleverden, zoals hij me voorhield, werd de twijfel en daarmee de angst alleen maar groter. Heel langzaam raakte ik mezelf kwijt en gaf hem daarmee alle munitie nog meer gaten in mijn ziel te schieten.
Het is en blijft lastig exact aan te geven wat precies, en waar en hoe.
Waren het de honderden selfies op zijn Facebook pagina met alleen maar bekende muzikanten? Waren het de leugens over een op de klippen gelopen relatie? Was het zijn hang naar extreem dure spullen? Zijn rituelen, de niet nagekomen afspraken, de constant veranderende afspraken, zijn boosheid als ik mijn eigen plan trok, zijn opdringerigheid naar muzikanten in wie hij zijn gelijke zag? Zijn totale gebrek aan belangstelling, laat staan medeleven? Zijn urenlange dialogen (met gesloten ogen) waarin hij uiteenzette hoe de wereld in elkaar stak en hoe ik me volgens hem hoorde te gedragen?
Ik weet het niet meer. De kille reactie op mijn smeekbeden me alsjeblieft tijd en ruimte te gunnen om het allemaal te snappen? Ik weet het echt niet meer.
Wat ik wel weet is dat het gevoel dat er iets niet klopte aanbleef. Dat zich vrijwel continue gedachten opdrongen ‘dit ligt niet aan mij, wat er nu gebeurt kan niet, dit ben ik niet’.
“Liefde hoort de mooie en goede dingen in een mens naar boven te halen,
niet alleen de twijfel en de angst”
Het heeft even geduurd. Het heeft even geduurd voor ik in de gaten kreeg dat ik mezelf aan het verliezen was, dat ik me realiseerde dat ik van een opgetogen vrolijk mens langzaam een nerveus wrak aan het worden was. Dat de spiegel terugpraatte en zei: ‘Kappen!’ Liefde hoort de mooie en goede dingen in een mens naar boven te halen, niet alleen de twijfel en de angst.
Ik heb gekapt. Radicaal. Telefoonnummers en emailadressen geblokkeerd en gewist. Alles wat in mijn huis aan hem herinnerde weggegooid. Vrienden gewaarschuwd. Proberen de draad weer op te pakken; míjn draad. Ik wéét hoe hij over me praat, ik wéét hoe lastig het voor buitenstaanders is te begrijpen dat deze bloedmooie, spontane en gezellige man een wolf in schaapskleren is. Dat weet ik allemaal. Maar ik weet ook dat ik bijna mijn ziel aan de duivel had verkocht als de spiegel niet had teruggepraat.
Ik ben inmiddels drie maanden verder en heel langzaam begin ik mijn draai weer te vinden, maak ik plannen en doe weer datgene waar ik mijn plezier uit haal. Af en toe laait de frustratie in alle hevigheid op, maalt het in mijn hoofd ‘Waarom, waarom…’.
Het antwoord weet ik wel.
Ik ben bijna terug.